Ingrediënten portie 4
Tarwebloem 1,5 kopjes
Boter 250 g
Gele appels 7 stuks
Suiker 2 eetlepels
Abrikozenjam ½ kopje
Kookvoorschriften 43 minuten
1 Kneed in een kom de bloem en 150 gram gehakte boter fijn. Giet er 3 eetlepels ijskoud water bij. Kneed het deeg. Wikkel het in huishoudfolie en laat het een uur in de koelkast staan.
2 Haal het deeg uit de koelkast. Bebloem het werkvlak en rol het deeg uit in de bakvorm (ongeveer 28 cm doorsnede). Leg het deeg in de vorm en snijd het teveel weg. Laat het deeg nog een uur in het blik liggen.
3 Verwarm de oven voor op 180 graden. Schil de appels, halveer ze en verwijder het klokhuis. Snijd de appels in dunne halve cirkels en leg ze in de deegvorm. Bestrooi met suiker en rasp de resterende boter. Bak tot ze goudbruin zijn, ongeveer een uur.
4 Verwarm ondertussen de abrikozenjam in een kleine steelpan tot hij vloeibaar is en zeef hem door een fijne zeef.
5 Haal de taart uit de oven en laat hem 5 tot 10 minuten rusten. Leg op een bord en bestrijk de bovenkant met jam.
6 Serveer volledig gekoeld.
Recept tip Je kunt dit serveren met een bolletje vanille ijs.
