Ingrediënten portie 4
Suiker 300 g
33% crème 335 ml
Gezouten boter 65 g
Kookvoorschriften 30 minuten
1 Verdeel de suiker in zes delen (elk 50 gram). Giet de eerste partij suiker in een kleine steelpan met dikke bodem, smelt het zonder te roeren, tot het een mooie amberkleur heeft. Voeg dan de volgende 50 gram suiker toe en smelt opnieuw. De pan kan zijwaarts worden gekanteld om de suiker gelijkmatiger te laten smelten. Herhaal dit met de resterende suiker tot alle suiker gesmolten is.
2 Zet de steelpan met de room op het vuur en verwarm hem bijna aan de kook (niet laten koken!).
3 Neem de suiker van het vuur tot hij diep amberkleurig gekarameliseerd is, voeg 65 g gezouten boter (of gewone boter plus een theelepel fijn zout) toe. Roer door.
4 Voeg de hete room geleidelijk in porties toe en roer goed in elke portie.
5 Zet de pan weer op het vuur en verwarm het mengsel tot het 108 graden is (het duurt ongeveer 5-6 minuten op hoog vuur, maar een kookthermometer is beter).
6 Giet de karamel in een kom, dek af met huishoudfolie en laat 24 uur in de koelkast staan. Gedurende deze tijd zal het mooi indikken.
