
Ingrediënten portie 10
Boter 250 g
Suiker 320 g
Kippenei 3 stuks
Tarwebloem 200 g
Water 200 ml
Gecondenseerde melk 100 g
Agar-agar 5 g
Chocolade 100g
Crème 100ml
Eiwit 90 g
Vanilleboon 1 stuk
Citroen ½ stuk
Kookvoorschriften 2 uur
1 Week de agar-agar een paar uur in een beetje koud water.
2 Klop voor de cake 100 g warme boter en 100 g suiker goed op, voeg dan één voor één de eieren toe en tenslotte de bloem. Leg het deeg in een dunne laag op een met bakpapier beklede bakplaat of op een siliconenvel. Het beste is om de vorm van het gebak – rechthoekig of rond – op het papier aan te geven met een potlood en het gebak binnen de grenzen daarvan te plaatsen. Bak 10 minuten op 200 graden.
3 Klop voor de soufflé 150 g warme boter en gecondenseerde melk op en voeg de zaadjes uit het vanillestokje toe.
4 Maak de agar-agar siroop: voeg 220 g suiker toe aan het water, breng aan de kook, giet het agar-agar water erbij, breng weer aan de kook, roer en kook nog een paar minuten om de siroop op 110 graden te brengen.
5 Klop in een aparte mixer de eiwitten op, giet er in een dunne straal de hete agar-agarsiroop bij, knijp er vervolgens in dezelfde dunne straal het citroensap van een halve citroen bij, klop de eiwitten op tot ze luchtig zijn en voeg dan al roerend geleidelijk de boter en het gecondenseerde melkmengsel toe.
6 Breng voor het glazuur de dubbele room aan de kook, giet het over de pure chocolade en roer tot het glazuur donker en glad is.
7 Plaats de taartvorm, leg de soufflé erop en besprenkel met het glazuur. Zet de taart drie tot vier uur in de koelkast om de soufflé te laten opstijven.